Page 100 - Gebruikershandleiding LMC
P. 100

Handleiding en inspectieboekje voor camper

           Rijden



          5.4.2  Onderweg op reis

                                                           WAARSCHUWING! Letsel- en ongevalrisico!
                                                           Onaangepaste rijwijze en foutief gedrag kunnen tot

                                                           ongevallen met ernstig letsel of dodelijke afloop
                                                           leiden. Daarom:
                                                           –  Rekening houden met veranderde rij-
                                                             eigenschappen, langere remweg, hoger
                                                             totaalgewicht en grote afmetingen van het
                                                             voertuig dan bij een personenauto.
                                                           –  Altijd lokale verkeersregels naleven.
                                                           –  Rijstijl altijd aanpassen aan de actuele weg-,
                                                             verkeers- en weersomstandigheden.
                                                           –  Rijbeperkingen voor campers in acht nemen.
                                                           – Doorrijafmetingen (hoogte-/breedteopgaven)
                                                             vóór parkeergarages, onderdoorgangen,
                                                             bruggen en tunnels, voertuigdek op veren in
                                                             acht nemen.
                                                           –  Plotseling, schokkend remmen vermijden.
                                                           –  Op slechte wegen langzaam rijden.
                                                           –  Voorkomen dat het voertuig de grond raakt bij
                                                             het oprijden van hellingbanen, oneffenheden of
                                                             bij achteruit rijden.
                                                           –  Het aantal meerijdende personen mag het
                                                             toegestane aantal personen niet overschrijden
                                                             (Æ kentekenbewijs deel I).
                                                           –  Alle inzittenden moeten tijdens het rijden de
                                                             veiligheidsgordels goed hebben vastzitten.
                                                           –  Deurvergrendelingen tijdens het rijden nooit
                                                             openen.



          5.4.3  Reizen en parkeren

          Parkeren                                         WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel!
                                                           Niet-geborgde voertuigen kunnen wegrollen en

                                                           zwaar letsel of materiële schade veroorzaken.
                                                           Daarom:
                                                           –  Voertuig nooit op steile hellingen, taluds,
                                                             schuine vlakken of hellende vlakken stallen of
                                                             parkeren.
                                                           –  Bij het stallen of parkeren voertuig borgen tegen
                                                             ongecontroleerd wegrollen.











          100                                                                                     2008-02-15
   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105